Categorie archief: Literatuur & Poëzie

Nieuw stadsgedicht van Nick Kolder met illustratie van Wies Tesselaar

Alles op afstand

De anderhalfmetersamenleving heeft ook de stadsdichter
niet onberoerd gelaten. Het alledaagse leven in tijden van corona
vindt plaats op afstand, terwijl de behoefte aan contact
juist zo groot is. Onze stadsdichter Nick Kolder neemt
geen blad voor de mond, en schreeuwt ons liefdevol toe.
Heeee Beverwijkertjeee!!!

Gewoonlijk is gedicht en illustratie op de bekende plekken
af te halen en mee te nemen. Vanwege de maatregelen
doen we het deze editie anders. Ieder die dit gedicht en illustratie
als ansichtkaart wil hebben, kan een mailtje sturen naar
jtz@xs4all.nl. De kaart wordt vervolgens door de stadsdichter zelf
of de stoere mannen en vrouwen van de post persoonlijk
thuisbezorgd. Voor niets. Voor de saamhorigheid, Beverwijkertjes!

Gekroond en Bewoond

Hey Beverwijkertjeeee!!!
schreeuw ik liefst iedere dag
uit mijn raam naar niemand per se
en des te langer de dag des te minder de zin

Hey Beverwijkertjeeee!!!
roept niemand naar iemand
naast de poorten van een winkelsteeg
en zo uchekuchen de wijkers weer door

Hey Beverwijkertjeeee!!!
als zo’n geliefd persoon
zwaaiend en wel, op afstand
met een koortsige grijns door de straten schuifelt

Hey Beverwijkertjeeee!!!
snottert iemand
ergens iets over het samenzijn
in een vaag begrepen reeks van strofes

Hey Beverwijkertjeeee!!!
naar iemand van deze stad
ooit gewoond of nu hier of nog maar net ziek
Wie dan wie dan wie dan wie dan wie dan wie dan

Hey Beverwijkertjeeee!!!
naar de echte wijker weet je wel
die van de buurt iedereen kent hem toch
hij is van de lange en die ouwe én iets met sigaren

Hey Beverwijkertjeeee!!!
rellend op de wijkertoren
tierend boven daken
razend, groetend, proestend, over Beverwijks verschiet

gister zag ik blauwe hemel
droeg iedereen een kroon

Nick Kolder, Stadsdichter Beverwijk 2020
Illustratie van Wies Tesselaar:

Nieuw tekening Wies 2 iets groter

 

Inleiding en vertalingen van The Waste Land

Nieuw tekening Wies Wasteland klein

 

 

 

 

 

 

 

Illustratie van Wies Tesselaar

April is de zwartste maand

Het begon als een spontane actie van de
Stichting Kunst &Cultuur Beverwijk
en deze krant op 1 april. De vertaalwedstrijd van de eerste
zeven regels van het gedicht The Waste land van T.S. Eliot,
al of niet in het licht van de crisis nu.
Al op de dag van de publicatie van het initiatief kwamen er
vertalingen binnen. Jaap Tesselaar van de stichting was blij verrast.
“Ik zat al snel tegen de twintig vertalingen.
Het heeft echt een snaar geraakt, lijkt wel.
Gelukkig was er een grote groep mensen die het leuk vond
om op een pittig gedicht te puzzelen.
Op zoveel goede inzendingen hadden we niet gerekend.
We besloten Roelien Plaatsman, beëdigd vertaler,
naar de vertalingen te laten kijken. Het was heel spannend
om te zien hoe het verder uit zou pakken.”
Plaatsman liet haar licht erop schijnen. “Wat me opviel aan de
inzendingen: er zijn mensen die zijn gaan vertalen, en mensen
die vrij zijn gaan interpreteren, tot naar de huidige viruscrisis
aan toe. Nou was dat ook aangegeven in de uitnodiging,
en het virus geeft inderdaad een wreed kantje aan deze april.
Vertalen is natuurlijk per definitie interpreteren,
en sommigen van de vertalers bleven wat schools, erg letterlijk.
Anderen zijn echt aan het ’dichten’ geslagen, weer anderen
lieten de dichtvorm juist helemaal los. Hier en daar
sloeg de beeldspraak wat op hol, zonder oog voor
wat er nou eigenlijk stond, zowel in de Engelse tekst
als in de eigen versie”, aldus Plaatsman.

KLEMTONEN
“Als je een vertaling hardop leest, wat je bij poëzie overigens
altijd moet doen, weet je of de tekst lekker loopt of niet.
Op papier kan het er goed uitzien, maar in het Engels vallen
klemtonen anders dan in het Nederlands.
Bij het vertalen van poëzie kun je je veel vrijheden veroorloven,
maar er zijn grenzen. Die zitten er ook in het origineel, qua stijl,
taal en beeldspraak. Clichés mogen hier niet, het is geen meezinger.
En voor mij moet er een zeker ritme in de tekst zitten.
Deze eerste strofe van The Waste Land is heel gestructureerd,
Eliot gebruikt alliteratie en klankrijm.
Bij de getrouwe versies zitten een paar die elkaar nauwelijks
ontlopen. Dat maakt de keus wat willekeurig.
Stella van Lieshout was de eerste die er bovenuit stak met haar
prachtige openingszin, maar Joni Zwart komt ook in de buurt.
Uiteindelijk kies ik toch voor de inzending van Ina Zwart”,
legt de vertaler uit.

GLOEDVOL
“Bij de vrije interpretaties is die van Marc Commandeur goed,
al loopt hij misschien iets te keurig uit de pas. Dan liever
de hartgrondigheid van Bart Boele. Bij deze categorie heeft toch
uiteindelijk die van Isa mijn voorkeur. Die is gloedvol en beeldend.
Mooi gedaan.
En vlak voor het vallen van de deadline kwam er dan nog een
inzending binnen die tussen de letterlijke vertaling en de vrije
interpretatie instaat. Die van Alex Mooren. Hij volgt niet naar
de letter, maar komt het origineel wel nabij. Goed getroffen.
Ik ga dus drie medailles uitdelen. Een voor Ina voor de letterlijke
vertaling, een voor Isa voor de interpretatie en een voor ertussenin
voor Alex. De -wat mij betreft- beste inzenders tonen zowel oog
voor inhoud als voor vorm. Goeie dichters. Maar sowieso geweldig
leuk om in al die gedichten zoveel mooie invallen en vondsten
te lezen. Op naar de volgende maand”, zegt Plaatsman hoopvol.

Kunstenares Wies Tesselaar maakt bij elk gedicht uit de pen
van de Stadsdichter van Beverwijk een illustratie.
Ook voor dit initiatief. The Waste Land is een gedicht van
de Amerikaans-Britse dichter, toneelschrijver,
cultuurfilosoof en literatuurcriticus Thomas Stearns Eliot.

Het dichtwerk bestaat uit vijf delen:
Deel 1, The burial of the dead werd vertaald:

April is the cruellest month, breeding
Lilacs out of the dead land, mixing
Memory and desire, stirring
Dull roots with spring rain.
Winter kept us warm, covering
Earth in forgetful snow, feeding
A little life with dried tubers.

De vertalingen:

Wreder dan andere maanden
werkt april seringen uit de grond.
Herinneringen en verlangens zakken
met het regenwater langs doffe wortels.
De warme, troebele dekking van de winterdeken
maakt plaats voor levendige knollenweken.
Mattijs Reinen

Het verdorven land
Zo vreselijk is april, terwijl er
seringen uit schijndood land groeien, herinneringen
en verlangen gewekt worden, zoals
verdroogde wortels in lenteregens.
hield de winter ons nog warm, bedekt onder
de aarde en vergevingsgezinde sneeuw, maar gevoed
met droge knollen zonder leven
Janneke Methorst

De dood aan de overdaad
Er is een virus dat ons ernstig vermaant
op afstand gaand
zie ik bloeiende iris
de natuur gaat zijn gang
eerlang
zal zij ons weer opbeuren
met geuren en kleuren
onze gedachten vangen
uit herinneringen, nieuw verlangen……
Ineke Hoopman

Waste land
Ach april, schatkamer van nieuw leven, hoe wreed is het nu
om te zien hoe bloemen zich uit de dode aarde wringen
en ons herinneren aan het lentegevoel dat we kenden
en dat we nu zo hartgrondig terug wensen. Zelfs het saaie,
zelfs de druilerige voorjaarsregens willen we terug,
evenals de winter terwijl we ons nog wentelden in de
warmte van onwetendheid. Oh, onze kostbare gewone levens,
met wortels van heimwee, opdrogend aan ons hart.
Janet Kleiberg

Het vergeten voorland
Van april had ik niets anders verwacht, ze bracht
zonneschijn over ons uitgestorven land, brandend
in de diepste wensen van ons hart, verwarde
ons verwarmde gras met voorjaarsbuien.
De winter had ons warm gemaakt, raakte
de aarde aan met bevroren vooruitzicht, verzweeg
een leeg leven met een zweem van hoop.
Isa van Klaveren

De begrafenis van de dood
April is de verschrikkelijkste maand, seringen
brengt hij voort vanuit het dode land, herinneringen
en verlangens worden vermengd, suffe wortels
worden in beweging gezet door lente-regen.
De winter hield ons warm, hij bedekte
de aarde met sneeuw die doet vergeten, hij voorzag
in een beetje leven met gedroogde knollen.
Richard Numan

Deze april mag wel dood
April 2020 is een wrede maand, eindelijk
Lente na die fokking winter, maar
Niemand kan er van genieten, dus
We hebben er niets aan
Dood moet april, dood.
Corona gijzelt ons, wie weet
Wat dat allemaal gaat veranderen
Bart Boele

Het begraven van de doden
Meedogenloze maand, april. Kweekt
seringen op uit doods land, mengt
herinnering met verlangen, wekt
slapende wortels met een lentebui.
Winter hield ons warm, dekte ons
toe met vergeeflijke sneeuw, voedde
een klein leven met droge knollen.
Stella van Lieshout

De woestenij
Geen maand is wreder dan april, seringen trekt hij uit het dode land
omhoog, maar duwt mensen er met duizenden weer in. April mengt
de herinnering met het verlangen naar een minder bittere tijd.
De botte wortels in de lenteregen woelen na een warme winter
door de aarde en proberen al dit leed met sneeuw te dekken.
Het leven dat rest is volledig uit het lood geslagen. We slapen
slecht, vergeten niets en eten enkel droge rapen.
René Vincken

April is meedogenloos, op zoek
naar ‘la Belle vie’,
verscheurt hij de dorre grond, met
wortels als wapens.
De winter kwam zonder sneeuw, sloot onze luiken,
bracht warme wijn en mijmerde over de schaduw van geluk.
Anna Bongers

1
April, zo wreed al eeuwenlang
Omwoelt haar doodgewaande aarde
Mengt tegenzin met geldingsdrang
Daar, in kille droogte stilgelegen
Zijn wortels van sering
Bang voor verzadiging
Door frisse voorjaarsregen
En hoe de winter ons bedekte
Met een warme witte zegen
En hoe zij, zonder herinnering,
Met koele drup de knollen wekte
als een onbevlekte
bevrediging

2
April, zo wreed al eeuwenlang
Heeft werkelijk toegeslagen
Mengt heilig vuur met geldingsdrang
Besmet met niet te stoppen dwang
Een ieder zonder vragen
Als wortels van een woekering
Wars van verzadiging
Nog lange niet verslagen
En hoe de winter ons behoedde
Met haar warme witte deken
En hoe zij toch, zonder bevroeden,
Met een enk’le drup het virus wekte
Dat snel de aard’ bedekte
In koelen bloede
Neergestreken
Piet Blankendaal

Onmacht
Inhumaan april. Fris
groen, buiten. Mengt
herinnering en hongeren. Roert
dood met krokussen.
Winter suste. Afstand
als weerstand. Voedde
wijsheid met onwetendheid
Marc Commandeur

Het Barre Land
April is de wreedste maand, hij broedt
Sierheesters uit het dode land, mengt
Herinnering met verlangen, beweegt
Slome wortels met lenteregen
Winter verwarmde ons, hij bedekte
Aarde in vergeten sneeuw, voedde
Ons krappe leven met verdorde knollen
Marina de Haan

Het barre land
I. Handleiding tot een begrafenis
April is de wreedste maand, broedt
seringen uit het barre land, mengt
herinnering met verlangen, verroert
doodse wortels met lenteregen.
De winter hield ons warm, bedekte
aarde met vergeetachtige sneeuw, voedde
een klein leven met droge knolgewassen.
Joni Zwart

Het begraven van de doden
April is de wreedste maand, ze kweekt
seringen uit dode grond, vermengt
herinnering met verlangen, geeft
doffe wortels glans met lenteregen.
De winter hield ons warm, bedekte
de wereld met vreedzame sneeuw en gaf ons
een sprankje leven in gedroogde bollen.
Doris Schyns

’’De wreedste maand is april
als uit de dode aarde bloemen ontluiken,
En de lenteregen de herinnering
vermengt met het verlangen.
Vergeten is de sneeuw die ons ‘s winters
toedekte als waren wij bollen
Een beetje nieuw leven
vanuit verdroogde knollen’’.
Ton van Weel sr

Verspilde aarde
1. Het begraven van de doden
Van alle maanden
is april
de meest harteloze
Ze perst seringen
uit dode grond,
mengt herinneringen
met verlangens
en roert dorre wortels
door lenteregen
De winter hield ons warm
met een deken
van smeltende sneeuw
en het voeden
van jong leven
met gedroogde knollen
Ina Zwart

Begraven van dood hout
Coronapril is een wrede maand
Lelieblanke ideeën worden uitgebroed
Moeten en willen dansen door elkaar
Latente creativiteit wordt besproeid
Wat was, was een warme deken
Ontwijken van
Nieuw leven
Tineke Jippes

April is de wreedste maand, ze laat
Seringen uit de dode grond ontspringen, mengt
Verlangen met herinneringen, kust
Schijndode wortels wakker met lenteregen.
De winter hield ons warm, bedekte
De aarde met vergankelijke sneeuw, voedde
De arme stakkers met verschrompelde knollen.
Alex Mooren

Een paginagroot artikel in het
Noord Hollands Dagblad met de
prachtige illustratie van
Wies Tesselaar:

The Waste Land pagina NHD

 

 

Vertaalwedstrijd ‘The Waste Land’ van T.S. Eliot

Stichting Kunst & Cultuur Beverwijk komt
met een nieuwe vertaalwedstrijd.

Aan alle vertalers van onze vertaalwedstrijden
en andere gedichtenliefhebbers.

Een van de mooiste en intrigerende verzen, gedichten uit
de wereldliteratuur is wel The Waste Land van T.S. Eliot.
De beginregels  zijn redelijk bekend en worden tot de klassiekers
uit de  wereldliteratuur gerekend:

I. The Burial of the Dead

April is the cruellest month, breeding
Lilacs out of the dead land, mixing
Memory and desire, stirring
Dull roots with spring rain.
Winter kept us warm, covering
Earth in forgetful snow, feeding
A little life with dried tubers.

Het leek ons een uitdaging voor alle poëzie- en vertaalliefhebbers
om deze regels in het Nederlands om te zetten.
Met in ons achterhoofd de wereld zoals die zich nu aan ons
openbaart. Stil en meedogenloos.
Want hoe vertaal je ‘April is the cruellest month’?
‘De wreedste aller maanden is april’?,
of ‘Gruwelijk/Dodelijk is de maand april’?,
of ‘April is zo verschrikkelijk’?
Of wat dan ook.
Er zijn genoeg links te leggen met deze tijd.

We vragen alleen een vertaling van de eerste zeven regels
(het hele gedicht gaat nog wel een paar honderd regels door).
De beste vertalingen publiceren we dan in
het Noordhollands Dagblad/ Dagblad Kennemerland
van rond Pasen (12 april) .
Een oproep in de krant is al verschenen op 3 april jl.

Klik eenmaal met de linkermuisknop voor
een vergroting:

Oproep vertaling The Waste Land 1

 

 

 

 

Oproep The Waste Land 2

 

 

 

 

 

Wat denken jullie ervan?

Als je mee wilt doen, stuur dan je vertaling voor
woensdag 12.00 uur naar jtz@xs4all.nl
Het zou ontzettend leuk en spannend zijn als je meedeed en
we met elkaar een krantenpagina mooie vertalingen maken.

(The Waste Land is verschillende malen in het Nederlands vertaald;
daar kun je je voordeel meedoen; verschillende flarden eruit
komen ook voor in citaten, popsongs, andere gedichten.
En op internet is er veel te vinden).

Jaap Tesselaar

 

The Waste Land van T.S. Eliot

 

Eerste stadsgedicht van Nick Kolder!

Onze nieuwe stadsdichter Nick Kolder heeft zijn
eerste gedicht aangeleverd.
Hij schrijft over het niemandsland tussen Meerestein en Oosterwijk.
De plek waar hij is opgegroeid. Zeg maar het oude Hofland.

En over zijn vriend de krokodil van de kinderboerderij Animal Farm.

Bijzondere samenwerking
Nick Kolder gaat dit jaar met Wies Tesselaar samenwerken.
Hij kiest haar als kompaan.
Zij maakt illustraties bij zijn zes gedichten.
Bovendien gaat hij ook met muzikant Daan Krakers in zee.
Daan gaat Nick’s gedichten op muziek zetten.

Een samensmelting van drie disciplines.

(voor de krokodil en de buurt)

Een krokodil wacht op een eiland in een kinderboerderij

Wandel mee langs de getallen honderdtwee tot honderdtien
Garageboxen rood wit blauw één openstaand voorzien
Van wasmachines uitlaatpijpen misschien een boze man
Ietsje verder woont een krokodil naast een nieuwbouwplan

Een jochie weet wel waar hij woont en spelt dat slordig neer
Het vriendenboekje van zijn zus hoe moest dat ook alweer
Een lange ij was met een e zo wist dat blije ei
De krokodil zit ergens doodstil in een kinderboerderij

Nieuw verbouwd winkelcentrum nú met heel plafond
Naast de tweede ingang sipt een vrouw haar blik Kanon
Check even je bonnetje of het allemaal wel klopt
Vandaag wordt het appartement van de krokodil geschrobd

Op het eindexamenfeest rookt je leraar stiekem wiet
Halt! Stop! De Politie! Je lampje doet het niet!
Je hoort erbij, bent goedgekeurd; “Deze fiets is OK”
Het geluk is voor de krokodil; hij krijgt nooit acne

We zijn een dierentuin, geen boerderij, strijkt de website trots
Een van Neerlands allerkleinsten – hier geen apenrots
Maar ik zit vast in vroeger en Farm zit in de naam
De krokodil vergeeft mij, mij treft zo geen blaam

Soms ruikt een flat naar tomatensaus of iets wat er op lijkt
Uit een raam geurt al dat leven wat er in zo’n toren prijkt
Grauwe lucht, dorre tak, gaspitten aangestoken
Denk ik aan de krokodil die in mijn hoofd blijft spoken

Lieve krokodil, Ik heb veel aan je gedacht
meermaals in mijn tijd
En al word je ooit vervangen
ik raak je nooit meer kwijt.

Nick Kolder
Stadsdichter Beverwijk 2020

Krokodil van Wies Tesselaar

 

 

 

 

 

 

 

 


Krokodil

Wies Tesselaar

 

 

Lokaal Vertaalgala en Nationale Gedichtendag

Oproep Gedichtendag. Vertaal je favoriete song.

Wegens succes geprolongeerd!

De laatste week van januari is traditiegetrouw de week
waarin de Nationale Poëzieweek wordt georganiseerd,
met als hoogtepunt de Nationale Gedichtendag.
In heel het land zijn er activiteiten, en zoals gewoonlijk
blijft de IJmond niet achter. Ook dit jaar organiseert
de Stichting Kunst & Cultuur Beverwijk in samenwerking
met café Camille het Lokaal Vertaal Gala.
Donderdag 30 januari kan iedereen zijn/haar beste vertaling
van zijn/haar favoriete liedje laten horen.
De beste drie inzendingen worden in een zinderende finale vertolkt.

Iedereen heeft wel een favoriet liedje of geliefde songtekst
waarvan hij moeiteloos enkele regels kan meezingen.
Populaire liedjes sla je namelijk makkelijk op in je bewustzijn,
vooral als je een markante periode in je leven meemaakt,
als je superjong bent, zwaar verliefd, ‘hemelhoog juichend’
of ‘zum Toten betrübt’. Dan nestelen liedjes en gedichten zich
makkelijk in je geheugen. De vraag is wat er van je mooiste liedje
overblijft als je de tekst vertaalt. Blijft de magie intact?
Check it out en doe mee. Maak een Nederlandse vertaling
van jouw favoriet en draag ‘m voor op het Lokale Vertaalgala,
30 januari, in café Camille. De beste drie inzendingen worden
op die avond ter plekke live vertolkt, uitgevoerd door
de beste muzikanten uit de IJmond.

Meedoen/Aanmeldingen

Stuur je vertaling voor 23 januari op naar
info@kunstencultuurbeverwijk.nl

Stuur ook de originele tekst mee en – let op – een link naar Youtube
of iets dergelijks. Want voordat je je vertaling voordraagt,
laten we eerst een kort deel van het origineel horen.
Op de avond zelf draag je alleen je vertaling voor.
Het Lokale Vertaalgala, Camille, op 30 januari,
aanvang 21.00 uur.

oproep Lokaal Vertaal Gala foto BERT GIEBELS

 

 

 

 

 

 

 


Foto: Bert Giebels

 

Maxim doet ook mee

 

 

 

 

 

 


Maxim Aafjes
Foto: Bert Giebels

Nieuwe Stadsdichter gekozen voor het jaar 2020

Nick Kolder is onze nieuwe Stadsdichter 2020

Nick Kolder en Brigitte van den Berg

 

 

 

 

 

 

 

                                                                                                              foto: Bert Giebels

Op 12 december 2019 werd Nick Kolder benoemd tot
Stadsdichter van Beverwijk 2020.
De wedstrijd werd dit jaar voor de negentiende keer georganiseerd.
Op de foto wethouder Brigitte van den Berg die winnaar Nick Kolder
feliciteert.
Tijdens de nieuwjaarsreceptie van de
gemeente Beverwijk (6 januari) gaat Nick Kolder van start.

Beraad van de jury stadsdichter 2020

 

 

 

 

 

 

 

                                                                                                              foto: Bert Giebels

Juryberaad Stadsdichtersverkiezngen Beverwijk.
Op de rug gezien wethouder Brigitte van den Berg.

Hieronder de gedichten waarmee Nick de wedstrijd besliste:

Blijven in Beverwijk, gedramatiseerd

De keuze kwam voor iedereen van de oude groep.
Weg uit de whizzle, de beverbronx, de kroeg,
Je geld en je leven en je studie en beroep.
De een had een plan, de ander was te vroeg.

Sommigen zopen, sommigen schenen,
Sommigen werkten, sommigen niet.
Sommigen zweren, sommigen menen,
Sommigen bleven, zoals je nu ziet.

Was het Beverwijk, was het een reden,
Verlangen, luiheid, vrienden van het toen.
Jong vastgeroest in beklemmende zeden,
Het gebulder en gestoei, de gebroederlijke zoen.

Ik ben gebleven voor je vrienden
en had het niet anders kunnen doen.
Nu zie ik ze nog amper
en heb ik ook nog eens geen poen .

Ik mis je tijd

Ik mis je.

Aan de Olieslagerslaan
Lag ik babybloot te kraaien
Ik kon net amper staan
Of daar begon het lange zwaaien

Ik mis je.

De Hopmanstraat een kleine flat
En het oude huis op ogenblik
Wortelen want ik was er net
Kort genoeg voor een nieuwe wrik

Ik mis je.

Terug van weg de Berghuisstraat
Met achter wachten naast de dood
Tien jaar later om de hoek bestaat
Een oudere versie, wederom verpoot

Ik mis je.

De Büllerlaan, de grote waas
Naakt en wild en dom en mooi
Nog steeds niks door, de grote dwaas
Huppelend en gillend, van de tijd de kleine prooi

Ik mis je.

Aan de Galgenweg kon ik blijven
Liefde en liefde, ik kon het leren houden
Vervloekt mettertijd begon ik weer te drijven
Onderweg van de galg naar, maar zouden

De tijden mij missen

De van Tijenstraat is al over geschreven –
Ik wou dat ik overal was vergeven
Ik wou dat ik de aarde zo hard kon laten beven
Dat alles netjes op z’n plek was gebleven
Dat ik nu niet boven m’n woorden stond ontheven

Artikel van Gwendelyn Luijk in het NHD van 31-12-2019
Om de tekst beter te kunnen lezen: klik 1 of 2 x met de linkermuisknop

tekst krantenartikel Nick

 

 

 

 

 

 

 

 

 

foto krantenartikel Nick

Verkiezing nieuwe Stadsdichter op 12 december 2019

Oproep:
Wie volgt Isa van Klaveren op?

Nieuwe Stadsdichter verkiezing op stapel

Elk jaar krijgt een nieuwe dichter de mogelijkheid om als
Stadsdichter Beverwijk de stad te volgen en van poëtisch
commentaar te voorzien. Op zijn of haar eigen manier.

Nadat Isa van Klaveren, de jongste stadsdichter in al die jaren,
in 2019 Beverwijk fris en vrolijk becommentarieerde,
is het nu alweer tijd voor een nieuwe stadsdichter.

Minstens zes keer per jaar wordt van de stadsdichter een gedicht
verwacht met een commentaar op het leven in de stad.
Beschrijf de stad in al haar facetten en hoedanigheden:
de mooie, de grimmige kanten, het romantische, het tegendraadse,
het eigene, het dwarse,  alles wat Beverwijk voor de inwoners
zo uniek maakt. En doe dat in je eigen stijl, in verwondering,
verbazing, uit liefde of opborrelende boosheid.
Of een mix van dat alles.

De nieuwe dichter wordt dan de achttiende op rij. In 2002 ging
de eerste dichter van start, in december 2018 schreef
Janneke Methorst alweer het honderdste stadsgedicht.
Isa van Klaveren beschreef als Stadsdichter 2019 glorieus het leven
van een jongere in Beverwijk. Naast de zes stadsgedichten krijgt
de stadsdichter steeds vaker ook van andere organisaties de vraag
om een gedicht te schrijven, bij een speciale gebeurtenis of
evenement.

De wedstrijd staat voor iedereen open: de gelegenheidsdichter,
de af-en-toe-dichter, de romantische ziel, de verbitterde zonderling,
de liefhebber, en het wie-niet-waagt-wie-niet-wint-type.
Maar gewoon goede dichters hebben bij ons de voorkeur.
Ook jij/u als gewoon poëzieliefhebber kunt meedoen en
drie gedichten inzenden voor 8 december naar
info@kunstencultuurbeverwijk.nl.
Drie gedichten inleveren, één met als thema – hoe kan het anders –
Vrijheid, één over Beverwijk en één naar vrije keuze.
Op 12 december lezen alle inzenders hun gedichten voor en maakt
wethouder van cultuur Brigitte van den Berg bekend wie als
stadsdichter van Beverwijk door de straten en dreven mag dolen.

Naast de wethouder en oud-stadsdichter Isa van Klaveren zitten
in de jury een medewerker van de bibliotheek, een professioneel
schrijver, en een vertegenwoordiger van de stichting.

Het podium waar de gedichten worden voorgedragen is vanouds cultureel café Camille.

Zie ook www.kunstencultuurbeverwijk.nl

 

Presentator Fransje Boot

100ste stadsgedicht

Bert Giebels -panorama stadsdichter 2019

Beide foto’s zijn gemaakt door Bert Giebels.

Expositie ‘Beverwijkse vergezichten’

Expositie Stadsdichter & Stadsfotograaf

In 2001 stelde de stichting Kunst & Cultuur Beverwijk
voor het eerst een Stadsdichter aan.
Dit groeide uit tot een heuse traditie. Vanaf dat jaar werd
ieder jaar een nieuwe stadsdichter gekozen. Vorig jaar
leidde dit tot  het 100ste Stadsgedicht, geschreven door
Janneke Methorst, stadsdichter 2018.

Wat doet de Stadsdichter? Hij beschrijft de stad in al haar
hoedanigheden: de mooie en grimmige kanten, het romantische, het ruwe, het eigene, zeg maar alles wat Beverwijk uniek maakt.

In 2006 gingen poëzie en fotografie hand in hand, en werd aan
de stadsdichter een stadsfotograaf toegevoegd. De eerste jaren trokken die twee gezamenlijk op, later ging de fotograaf
een eigen weg. Het werk van stadsdichter en stadsfotograaf
is nu op deze tentoonstelling te zien.

Beide projecten worden begeleid en georganiseerd door de
stichting Kunst & Cultuur Beverwijk en fotografenclub ISOO.
Beide partijen zijn dan ook trots dat de gemeente Beverwijk
het initiatief nam om jaarlijks de pennenvruchten en foto’s
van de dienstdoende stadsdichter/stadsfotograaf in het
gemeentehuis te presenteren.

 Over Isa van Klaveren, stadsdichter 2019:
Isa van Klaveren beschrijft in haar gedichten onder andere de trek van vele Beverwijkse jongeren naar de grote stad, en het regelmatig opspelende verlangen om terug te keren. Bijna als de ganzentrek. Ook de Hoogovens en alles wat dit jaar speelde op het gebied van stikstof, grafietregen, geluidshinder en klimaatgedoe duikt af en toe in haar gedichten op. Soms indirect, soms direct. Samen met
illustrator Wies Tesselaar bracht zij Beverwijk sterk in beeld.

 

Gedichten op de expositie

Janneke Methorst, stadsdichter 2018
Het is niet zo snel goed             
(Honderdste stadsgedicht, december 2018)

Isa van Klaveren, stadsdichter 2019
Verder
Fabrieksmuziek en fluitenkruid
Gezicht op Beverwijk
Avondwandeling
Frons  
(Geschreven en uitgesproken ter gelegenheid
van de 4 mei-herdenking)

 

Persbericht ‘Beverwijkse vergezichten’
In Beverwijk krijgen dichters en fotografen de kans om mee te doen met jaarlijkse verkiezingen voor stadsdichter of stadsfotograaf.
In andere gemeenten in Noord-Holland kom je deze combinatie
zelden tegen. Alkmaar heeft een stadsdichter, net als Amsterdam en Den Helder. En Edam heeft bijvoorbeeld een stadsfotograaf.
De gemeente Beverwijk is er dan ook trots dat deze stad en
inwoners zowel in woord als in beeld wordt belicht. Vaak gebeurt dat achter de schermen. Vandaar dat de gemeente nu dichter en
fotograaf gul in het volle daglicht wil plaatsen.
Van 8 november 2019 tot en met 2 januari 2020 kan iedereen het stadhuis inlopen om de expositie ‘Beverwijkse vergezichten’
te bewonderen.
Met foto’s van stadsfotograaf Esther van Aalderen en gedichten
van Isa van Klaveren met illustraties van Wies Tesselaar.

Gedicht ‘Avondwandeling’ van Stadsdichter Beverwijk 2019 Isa van Klaveren met illustratie van Wies Tesselaar

Dat de herfst, na de zoveelste stortbui, definitief is ingetreden,
valt niet meer te ontkennen.  
Erg? Nee hoor, prachtig juist.
Dat vindt in ieder geval stadsdichter Isa van Klaveren
en haar kompaan Wies Tesselaar.
Deze twee hebben de herfst gevat in woord & beeld.
Kleurrijker kan het niet, zo vonden wij. 

 

Avondwandeling

Op weg naar Duinrust
had de ondergaande zon
de straten nog koper gekleurd
aan het einde van de dag

Aan mijn voeten werd het klammer
toen ik Westerhout betrad
leken seizoenen verstreken
aan het einde van het pad

De honden zijn onrustig
Er klinkt iets in de struiken

Onder het bladerdek
had de schemer al gewonnen
Ik dacht: ik ben het donker voor
de zomer was uit zicht

Zoekend naar het licht
omringd door constant gebrom
of had ik dat verzonnen?
liep ik richting ouderlijk huis

Ik bleef staan en besefte
in mijn straat begint de herfst
in het avondlicht loop ik verder
de winter komt eraan

Isa van Klaveren

 

nr 4 illustratie Wies Tesselaar

 

 

 

 

 

 

 

Wies Tesselaar