Alle berichten van Ina Zwart

Natasje Vermoten – Schreuder

Auditie

 

De kamer is hol, het bed te koud

de spiegel die huilt en je hoofd zit te vol.

Het leven is de auditie die je maar één keer doet.

Je prevelt de woorden die niet verstaanbaar zijn.

En ondanks mijn gemis naar jouw geluk

verwonder jij, bewonder jij.

 

Het mulle zand tussen je tenen

de warme adem van de zon.

De liefde die zijn zinnen maakt

het begrip nog korter zet.

Een klamme hand haar afdruk

op het matte glas.

Een regenboog aan speelgoed

in die ver verloren tijd.

 

Ik wou dat ik je door kon laten gaan.

 

Een zindering die onuitspreekbaar is

geen werk komt in je op.

Het leven dat zo kwetsbaar is

en de glimlach van je naasten.

Het lichaam dat zijn afbreuk doet

nog voor de eerste ademtocht.

De zoete geuren van je kindje

in ditzelfde ziekenhuis.

 

De kamer is vol, het bed wordt benauwd

de spiegel is kaal en je hoofd voelt te hol.

De auditie ten einde, het publiek vond het goed.
Je stamelt het laatste; alles was fijn

En ondanks mijn gemis naar jouw geluk

verwonder ik, bewonder jij.

Zelfs nu je geen kans meer maakt…

 

 

Natasje Vermoten-Schreuder

natasja vermoten schreuder

Janet Kleiberg

Het woordje “ik “stroomt van haar lippen

 

Haar blik wil niets met mij beginnen

haar ogen richten zich naar binnen

daar trekt ze woorden uit een bodemloze put

Het woordje “ik ”stroomt van haar lippen

Haar kaarten worden eindeloos geschud

 

Ik zie mij langzaamaan verworden tot twee oren

twee reuzen-oren die zij volstort met haar “ik”

 

Pas als de trein stopt en ik uit moet stappen

weet ze op de valreep er nog uit te flappen

dat het zo leuk was mij weer eens te spreken

En haar ”hoe is het nu met jou” vang ik, net buiten

op het moment dat de deuren van de trein

zich sissend sluiten.

 

Haar blik wil niets met mij beginnen

haar ogen richten zich naar binnen

daar trekt ze woorden uit een bodemloze put

Het woordje ‘ik” ‘stroomt van haar lippen

Haar kaarten worden eindeloos geschud

 

Janet Kleiberg

janetkleiberg

Jan de Ridder

Schaakklokjes

 

Jaarlijks, als je de winter zat bent

Als je uit ziet naar de eerste nakende aarsjes

Dan weet je dat ze komen

Wandelend van station naar dorpswei.

 

Als verzorgde clochards,

Linnen schoudertasjes en verwarde koppen

Mannen zonder vrouw, druk bezig met dames

Jazzy dromend van de slag die komen gaat.

 

Een dame verschalken, maar liever de koning

Hoopvol smachten naar akkerse meisjes

Bijna morsig de een, zo elegant de ander

Een duo dat de ellendige donkerheid te lijf gaat.

 

Dit schouwspel is voor menigeen normaal

Als de voorbode van korte warme nachten

Ik laat mij graag, elk jaar weer

verrassen door schakende nerds en hun februariklokjes.

 

Jan de Ridder

janderidder

Gré de Winter

Tweede kans.

 

In de danswereld kwam ik jou tegen

Vijftig jaar oud kwam jij op mijn pad

Heb dat met beide handen gegrepen

Was het alleen zijn na jaren goed zat

Klikte gelijk goed tussen ons

Gaven elkaar nooit meer de bons

Jij werd de liefde van mijn leven

Mijn maatje door dik en dun

Honderd wilde je met mij worden

Wat ik vele mensen gun

Het werden gelukkige jaren

Want wij lieten elkaar in onze waarde

Daar kwam zelfs een huwelijk uit voort

Met alles erop zoals het hoort

Helaas kwam er een ziekte op je pad

Nam jou van mij weg mijn schat

Toen moest ik alleen weer verder gaan

Met vrienden en familie bleef ik staan

Dank jou invloed en zelfvertrouwen

Kon ik weer gaan verder bouwen

Bedankt voor al die mooie jaren

Zal het trots in mijn hart bewaren.

 

 

Gré de Winter

Gre de winter

 

 

 

 

 

 

Gerard de Reus

Verwondering

 

Verwondering in het leven.

Kan steun en vertrouwen geven.

Kijk met verwondering om je heen.

Leven betekent, niet” alleen”.

 

Leert de schepping eren.

Het leven gaan waarderen.

Geloven wat men ziet en mint.

Kijk naar de schepping, als kind.

 

Dingen zien, die nog niet bestaan.

Om het leven binnen te gaan.

Geef schepping kans, om te boeien.

Doet innerlijke mens-zijn groeien.

 

Zoek in de schepping de kracht.

Ga mee, in die wonderlijke nacht.

Zie de sterrenhemel hoog boven.

In die scheppende kracht geloven.

 

Moge die kracht ieder omwoelen.

Geloven ziet men niet,wel voelen.

Kijk er naar, geloof in wat je ziet.

Maar vergeet de verwondering niet.

 

Gerard de Reus.

gerarddereus

 

 

Gerard Castricum

Demente verwondering

 

Ode aan de ouden

die van de wereld niet weten

van een wereld die snel is

hen vlot en allang is vergeten

 

dat ze bestaan maar er nauwelijks zijn

dat ze bevrijd zijn van zinnen

en spreken in woorden die niet samengaan

gebrabbeld en slecht te verstaan

 

ze slijten hun dagen die duren

van donker naar donker

en sloffen de dag door

langs uren die traag zijn

zo traag als hun gang is

door de gangen die lang zijn

ze bieden geen zicht

op het licht van de dag

 

ze zoeken een uitgang

en rammelen aan deuren

die dicht zijn

voor hen zijn gesloten

 

ze zoeken een uitgang

maar dat zal nog duren

 

 

© Gaijus

Pseudoniem van: Gerard Castricum, Ardennenlaan 26, 1966 RV  Heemskerk. 0251236822

gaijus@ziggo.nl

gerardcastricum

 

 

Frits Smid

Robotá ve vysoké peci                               Robot van de hoogoven

 

Ik vroeg

en kreeg altijd antwoord

verkruimeld in begrippen.

Wat heb ik veel gevraagd

en weinig begrepen.

Onvoorstelbare krachten

geperst in formules

vermorzeld tot praktijk.

Hoeveel proces dacht ik dat een mens kon beheersen?

Leven in machines blazen is een vaders plicht.

 

Ik heb niet genoeg speelgoed gesloopt

Om dezelfde taal te spreken.

Ik beheers geen proces -het beheerst mij,

gloeiende plak, steeds sneller glijdend

naar een voorbestemde dikte,

in zijn vorm geramd en gerold.

En een vader kan maar zóveel fouten in een proces vermijden.

 

Je vroeg

en kreeg altijd antwoord.

Wat heb ik veel verhaald

en nog meer te vertellen.

Onvoorstelbare dingen

geperst in verhalen

vermorzeld tot geschiedenis.

Maar hoeveel spreektijd krijg ik mee in het leven?

 

Jij weet het antwoord.

Één oven vol.

 

 

Frits Smid

fritssmid

frits

Fransje Boot

Was ik maar een weerman

 

Was ik maar een weerman

Dan praatte ik over de zon

Die als een druppel op het raam

Door de kamer glijden kon

Ik zou vertellen over buiten

Vroege schemer, koude mist

Er was niks in lucht of wolken

Waar ik niet iets over wist

Ik zou je zeggen: kleed je warm

Met in je tas een paraplu

Maar ik ben geen meteoroloog

En daarom zeg ik je nu

Zie wat mooi in onze kamer

Voel de zon eens prachtig glijden

Kijk hoe ze al dagen warmt

Om ons huisje in te leiden

Zie wat mooi ons nieuwe plekje

Kijk hoe vroeg het donker is

Merk de zachte mist over de lampjes

Het verdwenen zonlicht geen gemis

Voel hoe deze mist het koud maakt

Niet de wind of temperatuur

Maar de kleine druppels zweefdamp

Dat maakt het fris, maar niet onguur

Ach was ik maar een weerman

Dan wist ik hoe het komen zou

waarom je me warm kan laten voelen

als we fietsen door de kou

waarom je mijn huid laat kippenvellen

als de kachel staat te gloeien

waarom je bij de eerste vorst

toch nog iets in me laat bloeien

Ik wou dat ik weerkundig was

Omdat ik dan vertellen zou

Waarom het weer en deze kamer

Maken dat ik nog meer van je hou

fransje boot

Fransje Boot